maandag 8 juni 2009

Terug, maar nog niet thuis

Met mijn hoofd nog in de Alpe D'huzeswolk vertoef ik nu toch alweer vanaf afgelopen zaterdag in Amsterdam. Vreemd is het om binnen één dag weer terug te zijn uit het oord waar ik het hele jaar weer had willen zijn.

Op Vrijdag middag van de vorige week reisde ik samen met Sarah af naar het hopelijk zonnige zuiden van de Franse Alpen. Een nachtje slapen in een prima hotel in het Franse nomansland liet ons uitgeslapen de reis voortzetten richting het hooggebergte van Europa. Een oponthoud door een te snelle maneuvre op de tolweg en een duur grapje door de tunnel van Frejus, bracht ons met een klein ommetje door Italie in het Prachtige maar koude Briancon. Gegarandeerd succes voor een mooie aankomst van de Tour de France, was het er nu winderig en regenachtig. Het mocht de pret niet drukken want het kleine maar gezellige hotel dat gerund werd door een oma'tje dat zich nog oppersexy voelde, heeft ons heerlijk doen uitrusten.

Maandagochtend was het dan eindelijk tijd om over de Col de Lautaret naar Bourg D'Oisans te vertrekken om daar weer een schitterende week te beleven. Mijn vrienden waren ten delen allemaal al present en de laatste afvaardigingen van het aanmoedigingsteam zouden op dinsdag en woensdag arriveren.

Dondedag!
Om half vijf had ik de eerste tranen al over de wangen, want zondat dat ik het van te voren wist, stond daar in eens mijn zusje, mijn broer en zijn vriendin op het plateau voor mijn huisje. Het was nog donker, maar het was meer dan duidelijk. Mijn benen voelden goed en ik was goed hersteld van mijn snelste beklimming op de alpe (58.40 min).
Ik had er nu echt zin in.
Het was nog fris, maar er gloorde licht in het oosten en alle opgeladen kanjers stonden klaar voor de start. In eens was het daar en in eens vloog ik door de bochten. Een fractie van een seconde later hoorde ik het geschreeuw dat me in de oren schalde van mijn vrienden die me boven op de top opwachtten. De beklimming was voorbij gevlogen en in een serene rust van de ochtend zat de eerste beklimming erop. Dit beloofde wat want ik had goede benen en de kop was hard en sterk.
Beklimming twee vloog voorbij en beklimming drie was prachtig. Mijn broer, die dit jaar niet getraind had, werkte hard en ik hield een beetje in. was hij het vorig jaar die mij naar boven moest praten, dit jaar had hij de ondersteuning nodig. Het was fantastisch om het weer te beleven.
Vier deed pijn, de benzine in mijn motortje raakte een beetje op en bovengekomen moest er flink getankt worden. Pasta, boullion, water en repen werkte ik prichtmatig naar binnen maar het resulteerde in een snelle vijfde klim, samen met Joost. Ik ken Joost nog niet zo lang, maar je leert elkaar tijdens het afzien goed en snel kennen. Hij kan fietsen als een beest en lachen en grijnzen dat je er zelf ook van in een kreukel schiet, heerlijk.
Zes met Tamas, want zo hoort het en zeven ook met hem. Maar Percy, Chris, Joost en Danielreden ook in mijn zog. De achtste had ik wat inspanning nog makkelijk eruit kunnen persen maar het was de tijd waar ik gebrek aan had.
Voldaan en met de tranen over mijn wangen sprintte ik hard de laatste meters naar de top. Schor van het aanmoedigen van de andere strijders en tevreden over mijn prestatie daalde ik rustig alle elf kilometers weer af. Al mijn makkers van Alpe D'HuZes hebben verschrikkelijk afgezien, we hebben onbedaalrijk gelachen, we hebben er een schitterende dag van gemaakt die zal voortduren tot we volgend jaar naar Frankrijk mogen. Ik he er nu al zin in!

Er volgt heel snel meer. Mijn boek komt woensdag ter spraken en dan zal ik ook iets laten horen over wijn drinken met Mart Smeets.

Tot snel.

Hartelijke groet

Thomas Zijlma
nr 16

Geen opmerkingen: